Waarom zijn de terugleverkosten zo hoog?
Waarom zijn de terugleverkosten zo hoog en is zonnestroom in 2027 écht niets meer waard? In Nederland is het de afgelopen jaren financieel steeds aantrekkelijker geworden om zonnepanelen te plaatsen, mede dankzij de salderingsregeling en de mogelijkheid om zonnestroom terug te leveren aan het net. De verhalen over ‘zonnestroom in 2027 is niets meer waard’ klinken echter steeds luider. In dit artikel kijken we uitgebreid naar de toekomst van terugleverkosten, de afbouw van de salderingsregeling en wat dit allemaal betekent voor bezitters van zonnepanelen. We gaan in op de achtergrond, de huidige situatie en de komende veranderingen. Ook bespreken we wat je zelf kunt doen om je rendement te maximaliseren en hoe je kunt inspelen op de veranderende markt.
Inhoudsopgave
- Wat zijn terugleverkosten?
- Waarom terugleverkosten in de toekomst stijgen
- Wat betekent het afschaffen van de salderingsregeling?
- Is zonnestroom in 2027 écht nog maar 0,25 cent waard?
- Impact op huishoudens en zonnepaneelbezitters
- Alternatieven voor terugleveren
- Tips en tricks om je zonnestroom efficiënt te benutten
- De toekomst van zonnestroom buiten Nederland
- Praktisch stappenplan voor de toekomst
- Conclusie en blik op 2027
1. Wat zijn terugleverkosten?
Wanneer je zonnepanelen op je dak hebt, wekt jouw systeem zonnestroom (ook wel zonne-energie, solar power, PV-stroom of zonne-elektriciteit genoemd). Een deel van deze elektriciteit gebruik je zelf direct in huis, waardoor je je energierekening verlaagt. Als je echter meer zonnestroom produceert dan je verbruikt, lever je deze overschotten terug aan het elektriciteitsnet. In Nederland gelden er tarieven voor de stroom die je teruggeeft, maar aan de andere kant ook kostenposten voor het gebruik van het net, beheerskosten en andere heffingen. Deze kosten noemen we ‘terugleverkosten’ of soms ‘feed-in kosten’.
Tot voor kort waren terugleverkosten beperkt en dankzij de salderingsregeling kreeg je vrijwel dezelfde prijs voor de kWh die je terugleverde als het tarief dat je betaalde voor afgenomen stroom. De administratieve en netwerkkosten werden grotendeels gedekt, en ook eventuele belastingen en opslagen vielen grotendeels weg in de praktijk van het salderen. Echter, naar mate de energiemarkt verandert, willen energieleveranciers de kosten die zij hebben voor het in balans houden van het netwerk en voor de afname van teruggeleverde stroom, meer in rekening brengen bij de zonnepaneelbezitter. Zo ontstaan hogere terugleverkosten.
Maar waarom zijn deze terugleverkosten nu zo’n hot topic? De kern zit in de verwachting dat door het afschaffen of afbouwen van de salderingsregeling in 2027, de vergoeding die je krijgt voor jouw zonnestroom sterk zal dalen terwijl de kosten die je af en toe moet betalen voor teruglevering relatief hoog zullen blijven. Men spreekt daarbij ook wel van een ‘terugleverboete’, omdat het voelt alsof je gestraft wordt voor het leveren van overtollige zonne-energie aan het net.
Zonnestroom zelf opwekken is nog steeds duurzaam en draagt bij aan een lagere CO2-uitstoot. Echter, als de financiële prikkel om zonnestroom aan het net te leveren sterk afneemt, kan de terugverdientijd van zonnepanelen voor nieuwe installaties flink oplopen. Voor huidige bezitters van zonnepanelen kan het een strop worden, omdat de verwachte waarde van hun overtollige zonnestroom in 2027 bijna niets lijkt te zijn.
In dit artikel duiken we dieper in op de oorzaken van deze ontwikkeling. We leggen uit hoe terugleverkosten werken, waarom ze worden doorgevoerd, wat de afschaffing van de salderingsregeling ermee te maken heeft, en vooral wat dit voor jou als paneelbezitter of potentiële koper betekent.
2. Waarom terugleverkosten in de toekomst stijgen
2.1 Toenemende druk op het elektriciteitsnet
Nederland heeft in rap tempo meer zonnepanelen gekregen. Met inmiddels miljoenen huishoudens die zonnestroom opwekken, neemt de belasting van het net op zonnige dagen flink toe. Het distributienetwerk is niet overal even robuust, en netbeheerders maken kosten om pieken en dalen in aanbod en vraag te balanceren. Die kosten willen energieleveranciers en netbeheerders voor een deel bij de gebruikers neerleggen, onder wie de mensen met zonnepanelen.
Hoewel het klinkt alsof netbeheerders vooral profiteren van groene stroom, is het in de praktijk wel degelijk zo dat de infrastructuur moet worden aangepast om grotere pieken van teruggeleverde energie te kunnen verwerken. Ook moet de infrastructuur bestand zijn tegen momenten waarop de zon weinig schijnt en er juist een tekort aan stroom is. Om deze kosten te dekken, zullen de terugleverkosten of de zogeheten ‘terugleverboetes’ naar verwachting fors stijgen. Dit betekent dat de zonnepaneeleigenaar voor elke teruggeleverde kWh uiteindelijk minder vergoeding krijgt of zelfs een negatieve post gaat zien.
2.2 Verschuiving van verantwoordelijkheden in de energiemarkt
Naast de druk op het net is er ook een andere reden waarom terugleverkosten stijgen: de energiemarkt is in transitie. Energieleveranciers willen niet alleen betaald worden voor de levering van stroom aan hun klanten, maar ook voor het ‘afnemen’ van zonnestroom van prosumenten (producenten/consumenten). Historisch gezien is het lang gangbaar geweest dat je aan het eind van het jaar de teruggeleverde kWh’s kon wegstrepen tegen de afgenomen kWh’s. Dat noemen we salderen.
Voor energieleveranciers is salderen echter steeds minder interessant, omdat zij niet meer de volle mep ontvangen van belasting en andere heffingen op het deel dat ze eigenlijk ‘gratis’ teruggeleverd krijgen. De overheid stimuleerde salderen in de beginfase om zonne-energie te bevorderen, maar nu het aantal zonnepanelen fors is toegenomen, zoeken zowel overheid als leveranciers naar manieren om de kosten eerlijker te verdelen. Dat leidt tot hogere terugleverkosten en lagere tarieven voor zonnestroom die je teruggeeft.
2.3 Politieke keuzes en veranderend beleid
Ten derde spelen politieke factoren mee. De overheid wil duurzame opwek nog steeds stimuleren, maar tegelijkertijd moet het stroomnet financieel gezond blijven en mogen er geen perverse prikkels ontstaan. Het afbouwen of zelfs geheel afschaffen van de salderingsregeling in 2027 is een politieke keuze die reeds enkele jaren in de maak is.
Een van de pijlers van deze beleidswijziging is de verwachting dat zonnepanelen steeds goedkoper worden en dat huishoudens hun eigen zonnestroom meer zullen gaan gebruiken, door bijvoorbeeld de inzet van thuisbatterijen of slimme energie-oplossingen. De realiteit is echter dat deze opties nog niet breed beschikbaar of betaalbaar zijn voor elke zonnepaneelbezitter. Daardoor worden veel mensen geconfronteerd met een situatie waarin hun zonnestroom – wanneer het net vol staat met overtollige energie – nauwelijks nog waarde heeft voor de markt.
Tevens is er de wens om de markt wat meer te laten ‘kloppen’ met de werkelijke waarde van elektriciteit op het moment van productie. Als de zon hoog aan de hemel staat en een grote productie van zonnestroom is, daalt de marktprijs voor energie. Dat is fijn voor de maatschappij als geheel, maar vervelend voor de individuele prosument die een lage terugleververgoeding krijgt. De jarenlange gewenning aan salderen maakt deze overgang schokkend.
3. Wat betekent het afschaffen van de salderingsregeling?
3.1 Uitleg salderingsregeling
De salderingsregeling houdt in dat je de zonnestroom die je op jaarbasis aan het net levert, mag aftrekken van de stroom die je afneemt. Daarmee wordt de elektriciteitsrekening een stuk lager, omdat je in feite beloond wordt met dezelfde kWh-prijs voor levering als voor afname. Door deze regeling verdien je zonnepanelen veel sneller terug en is zonne-energie financieel interessant.
Nederland was hiermee een van de koplopers in Europa, omdat het systeem laagdrempelig en zeer aantrekkelijk was voor consumenten. De keerzijde is dat er geen stimulans is om de opgewekte energie direct te verbruiken, omdat je toch alles kon salderen. Dit zorgde voor een minder efficiënte benutting van het net.
3.2 Afbouw en mogelijke afschaffing na 2027
De huidige plannen (en politieke discussies) wijzen erop dat de salderingsregeling vanaf 2025 stapsgewijs wordt afgebouwd, met als eindpunt dat er in 2027 nagenoeg geen saldering meer mogelijk is. Of het definitief wordt afgeschaft of ingrijpend wordt hervormd, hangt af van politiek en de marktpartijen, maar de trend is duidelijk: het voordeel voor zonnepaneelbezitters zal dalen.
Na de afschaffing of sterke vermindering van de salderingsregeling krijg je nog wel een vergoeding voor elke kWh die je teruglevert. Helaas zal die vergoeding naar verwachting vele malen lager zijn dan de prijs die je betaalt voor de kWh die je afneemt. Tel daar bij op de mogelijke verhoging van terugleverkosten of beheerskosten, en je ziet dat je per saldo bijna niets zult overhouden wanneer je zonnestroom aan het net levert.
3.3 Waarom dit zo’n grote impact heeft
Voor huiseigenaren die al een poosje zonnepanelen hebben, was de salderingsregeling een belangrijke reden om te investeren. Ze gingen ervan uit dat hun stroomproductie op jaarbasis grotendeels ‘weggestreept’ kon worden tegen het eigen verbruik. Dit gold als een aantrekkelijke vorm van financiële zekerheid en zorgde ervoor dat de terugverdientijd in sommige gevallen minder dan zeven jaar was. Met het verdwijnen van deze regeling, of met de sterke inperking, verandert het financiële plaatje drastisch.
De verwachte stijging van de energierekening kan voor sommige huishoudens oplopen tot wel honderden euro’s per jaar. In extreme gevallen, wanneer iemand een groot zonnedak heeft en weinig eigen verbruik op het moment van opwek, kan de rekening duizenden euro’s hoger uitvallen dan tot voor kort werd aangenomen. Dit alles omdat de saldering vervalt, terwijl de prijs voor teruggeleverde stroom in daluren (wanneer er veel zonaanbod is) vrijwel nul is, of zelfs negatief kan worden als er (in theorie) teveel aanbod is op het net.
4. Is zonnestroom in 2027 écht nog maar 0,25 cent waard?
4.1 Een voorbeeld uit de markt
Volgens recente berichtgeving en schattingen lijkt de vergoeding voor teruggeleverde zonnestroom vanaf 2027 te kunnen dalen tot ongeveer 0,25 cent per kWh. Dat is een schrikbarend laag bedrag als je het vergelijkt met de tarieven van soms boven de 30 cent die we gewend waren tijdens de salderingsperiode.
Hoe komt men bij dit bedrag? Sommige energiebedrijven introduceren een zogenoemde terugleververgoeding die heel laag is, in combinatie met een aparte terugleverkostenpost (ook wel terugleverboete genoemd). Onder aan de streep houdt de zonnepaneelbezitter dan wellicht maar 0,25 cent over. Dat is letterlijk vrijwel niets: als je 1000 kWh per jaar op het net zet, krijg je daar slechts €2,50 voor.
4.2 Vergelijk met eerdere verwachtingen
Eerder was de verwachting dat na 2027 de terugverdiensten rond de 5 cent per kWh zouden liggen. Dat was gebaseerd op prognoses uit een tijd dat de markt nog een stuk optimistischer was over de handelsprijs van elektriciteit en de bereidheid van leveranciers om zonnestroom te belonen. Inmiddels is duidelijk dat de pieken in zonnestroomaanbod op zonnige middagen de marktprijs enorm kunnen doen dalen. In combinatie met mogelijke extra kosten voor netwerkbeheer en belastingen, zakt het nettobedrag dat je ontvangt tot bijna nul.
Daarnaast heeft de overheid vastgesteld dat particulieren in principe niet méér voor netkosten moeten betalen dan strikt nodig is. Dit leidde tot discussies: de toezichthouder wil niet dat terugleverkosten een verdienmodel worden voor energieleveranciers. Toch zal er minstens een deel van de kosten doorberekend worden aan de prosument die gebruikmaakt van het net als buffer. De onduidelijkheid die hieruit voortkomt, zorgt ervoor dat diverse energiebedrijven nog wachten met definitieve tarieven.
4.3 Geen definitief cijfer, maar de trend is wel duidelijk
Hoewel 0,25 cent per kWh een concreet genoemd voorbeeld is, is het belangrijk te beseffen dat tarieven nog kunnen veranderen. Verschillende leveranciers zullen ieder een eigen beleid voeren rond de compensatie voor teruglevering en de hoogte van de terugleverkosten. De ene partij is transparant over de toekomstige tarieven, de ander geeft nog geen duidelijkheid.
Wat wél duidelijk is, is de trend: de vergoeding gaat flink naar beneden, en de kosten om te mogen terugleveren of gebruik te maken van het net nemen toe. De kans is dus groot dat de zonnestroom die je in 2027 op het net zet, maar een fractie oplevert van wat je er nu voor krijgt. Wie veel elektriciteit produceert op momenten dat de zon fel schijnt, maar niet zelf verbruikt, krijgt mogelijk een onaangename verrassing in de vorm van een hogere energierekening of een veel lagere uitbetaling.
5. Impact op huishoudens en zonnepaneelbezitters
5.1 Een rekenvoorbeeld
Stel, je hebt 12 zonnepanelen op je dak die jaarlijks rond de 3200 kWh produceren. Je verbruikt daar zelf direct zo’n 30% van (960 kWh), simpelweg omdat je nu meestal op andere momenten stroom afneemt dan wanneer de zon volop schijnt. Dat betekent dat 2240 kWh (70%) terug het net opgaat.
In de huidige situatie (met saldering of een hoge terugleververgoeding) is die 2240 kWh bijna evenveel waard als de ingekochte stroom. Stel dat je voor je stroom 30 cent per kWh betaalt en je nu nog grotendeels mag salderen, dan vertegenwoordigt die 2240 kWh een waarde van ruim €670 op jaarbasis. Dit drukt de energierekening flink.
Nu stel je voor dat in 2027 de salderingsregeling is afgeschaft en je per saldo nog maar 0,25 cent krijgt voor diezelfde 2240 kWh. Dan houd je, als alles verder hetzelfde blijft, nauwelijks meer iets over. De opbrengst daalt richting een paar euro per jaar. Je verliest dus honderden euro’s aan jaarlijkse besparing.
Daar komt nog bij dat de kostprijs van afgenomen elektriciteit in de toekomst best hoog kan zijn, waardoor je alsnog flink betaalt voor de 70% van je stroom die je niet direct verbruikt, maar op andere momenten weer moet inkopen. Op jaarbasis kan de energierekening daarom met honderden euro’s of meer stijgen. De precieze cijfers verschillen per huishouden, maar de trend is hetzelfde: minder voordeel, hogere rekening.
5.2 Mogelijke daling van de vraag naar zonnepanelen
Mede door het wegvallen van de salderingsregeling en de lage vergoedingen zou de vraag naar nieuwe zonnepanelen kunnen afnemen. De overheid en de sector hopen wel dat mensen nog steeds de stap zetten naar duurzame energie, maar voor veel mensen zal het financiële voordeel een stuk minder spectaculair zijn dan vroeger. Dat kan leiden tot terughoudendheid om te investeren in nieuwe systemen.
Voor bestaande eigenaren kan dit ook betekenen dat de verwachte terugverdientijd langer wordt dan waarop men rekende. Waar je eerst dacht binnen acht jaar quitte te spelen, kan dat nu zomaar tien of elf jaar worden. Of nog meer, als de stroomprijs in de markt daalt. Dat kan voor onrust zorgen, vooral bij mensen die juist net een stevige investering hebben gedaan.
5.3 Sociaal en economisch effect
Het kunnen terugleveren van zonnestroom was niet alleen een kwestie van kosten en baten. Het gaf veel huishoudens ook een gevoel van onafhankelijkheid en draagvlak voor de energietransitie. Als die teruglevering straks niets meer waard is, kan dat voelen als een penalty voor duurzamer gedrag.
Sociaal gezien kan het leiden tot onbegrip en frustratie: hoe kan het dat je wordt ontmoedigd om duurzame energie op te wekken? Economisch gezien kan het voor kleinere huishoudens een flinke aanslag zijn op het budget. De energierekening wordt immers minder voorspelbaar en mogelijk aanzienlijk hoger dan in de salderende jaren.
6. Alternatieven voor terugleveren
6.1 Direct eigen verbruik maximaliseren
Een van de meest genoemde oplossingen is: probeer zoveel mogelijk van je zonnestroom zelf te gebruiken op het moment dat je panelen energie produceren. Dat kan betekenen dat je bijvoorbeeld grote energieverbruikers als wasmachine, vaatwasser, elektrische boiler overdag laat draaien als de zon schijnt. In plaats van de was te doen in de avond, stel je de timer in rond het middaguur als de zonnepanelen op volle kracht werken.
Deze strategie verkleint de hoeveelheid energie die je teruglevert, en vergroot de eigen consumptie van schone zonne-energie. Je betaalt dan minder aan terugleverkosten (of je loopt minder mis, afhankelijk van hoe je het bekijkt) omdat je simpelweg minder surplus hebt. Het vraagt wel een verandering in levensstijl en planning.
6.2 Energieopslag in thuisbatterijen
Een technische oplossing is het installeren van een thuisbatterij of energie-opslagsysteem. Hiermee kun je zonnestroom die je overdag opwekt, opslaan voor gebruik op een later moment, bijvoorbeeld ’s avonds. Zo hoef je niet meer op het moment suprême te verbruiken, maar kun je de overtollige stroom bewaren.
Het nadeel is dat thuisbatterijen nog relatief duur zijn, en de regelgeving eromheen niet altijd optimaal. Soms is er belastingtechnisch geen voordeel voor opgeslagen energie, waardoor het financiële plaatje nog niet overal gunstig uitpakt. Wel wordt verwacht dat de prijs van batterijen daalt naarmate de markt groeit en de vraag toeneemt. Over een aantal jaar kan dit een meer gangbare oplossing zijn, maar in 2027 is het waarschijnlijk nog niet voor iedere huishouden rendabel.
6.3 Slimme energiecontracten
Sommige energieleveranciers – of nieuwe concepten die nog kunnen ontstaan – zullen inspelen op de situatie na de salderingsregeling. Ze bieden mogelijk contracten waarbij je het tarief voor stroom die je teruglevert koppelt aan de actuele marktprijs. Als de zon schijnt en er is toch relatief weinig aanbod in de markt, kan de prijs hoger liggen. Met slimme systemen die real time kunnen schakelen en verhandelen, kun je soms nog steeds profiteren van piekmomenten.
Die flexibiliteit is echter pas net in opkomst. Het idee is dat je als prosument actief wordt op de energiemarkt en je eigen opwek ‘verkoopt’ wanneer de prijs hoog is, en inkoopt wanneer de prijs laag is. Dit vergt wel een verregaande digitalisering, een geschikte meter, en vaak algoritmes die voorspellen wanneer de prijs het gunstigst is. Het kan een manier zijn om meer uit je zonnestroom te halen, maar het vraagt een andere mindset dan de ouderwetse saldering.
6.4 Samenwerken in energiecoöperaties
Een andere trend is deelname in lokale energiecoöperaties of buurtinitiatieven, waarbij het overschot aan zonnestroom binnen een lokale gemeenschap wordt verhandeld of uitgewisseld zonder hoge kosten. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren via lokale netten of virtuele netwerken.
Op die manier wordt de stroom die je niet zelf gebruikt, verkocht aan buren of buurtgenoten tegen een prijs die voor beiden aantrekkelijk kan zijn. In theorie omzeil je zo grotendeels de ongunstige terugleverkosten van grote leveranciers. Dit vergt echter wel organisatorische inspanning en een gunstige regelgeving.
7. Tips en tricks om je zonnestroom efficiënt te benutten
7.1 Timemanagement van grote apparaten
Zoals eerder benoemd, kan de timing van apparaten een groot verschil maken. Heb je een elektrische boiler, een warmtepomp of een wasmachine? Programmeer dan zoveel mogelijk op de momenten dat de zon schijnt. Zo zorg je ervoor dat de gegenereerde zon-PV meteen wordt gebruikt, wat je afhankelijkheid van terugleveren verkleint.
7.2 Overweeg een hybride warmtepomp
Een hybride warmtepomp kan een slimme toevoeging zijn als je wilt meedoen aan de energietransitie en tegelijk meer van je eigen zonnestroom benutten. Op het moment dat er veel stroom beschikbaar is, draait de warmtepomp op elektriciteit. Is er minder zon, dan schakelt het systeem op gas over. Dit is ook interessant als stap tussen een traditionele gasketel en een volledig elektrische warmtepomp.
7.3 Laad je elektrische auto overdag
Als je een elektrische auto (EV) hebt, is het slim om te laden wanneer de panelen volop stroom opwekken. Dan kun je een deel van je opgewekte elektriciteit direct in je autobatterij stoppen, en hoef je ’s avonds geen dure stroom te kopen. Zeker met de opkomst van bidirectionele laadtechnologie (vehicle-to-home of vehicle-to-grid) wordt het straks mogelijk om de auto-accu te gebruiken als thuisbatterij en de energie terug te leveren op het moment dat het gunstig is.
7.4 Houd rekening met de toekomst van dynamische tarieven
Steeds meer leveranciers zullen dynamische energiecontracten aanbieden, waarbij het tarief per uur of per kwartier wisselt. Door je verbruik te plannen in de lage tariefmomenten en je levering in de hoge tariefmomenten, kun je je voordeel maximaliseren. Het vergt wel een behoorlijke mate van automatisering, want handmatig de boel aan- en uitzetten wordt dan vrijwel onhaalbaar. Denk daarom aan slimme regeltechniek die apparaten automatisch aanstuurt.
8. De toekomst van zonnestroom buiten Nederland
8.1 Europese trends
In andere Europese landen zie je diverse modellen voor de vergoeding van zonnestroom en de kosten om aan te sluiten op het net. Sommige landen, zoals Duitsland, kennen een zogenaamde ‘feed-in tarief’ dat wordt gegarandeerd door de overheid, maar ook dat tarief is in de loop der jaren sterk gedaald.
In België bestaat een systeem met terugdraaiende tellers, maar ook daar is discussie over het nut en de houdbaarheid van die regeling.
De algemene trend is dat naarmate zon-PV goedkoper en gangbaarder wordt, de overheid de financiële steun afbouwt. De gedachte hierachter is dat technologieën die volwassen zijn, niet eindeloos gesubsidieerd hoeven te worden en dat de marktprijzen op eigen benen moeten staan.
Het gevolg is echter dat de motivatie voor nieuwe installaties afneemt als het rendement te laag wordt.
8.2 Internationale handel en netstabiliteit
Een andere internationale ontwikkeling is de toename van grensoverschrijdende handel in elektriciteit. In principe kun je zonnestroom exporteren naar het buurland als daar vraag is. Maar dat vraagt om goede netinfrastructuur, voldoende interconnectie en complexe afspraken tussen landen. Op de korte termijn zal dit geen oplossing bieden voor de individuele zonnepaneeleigenaar in Nederland.
Wel kan het op middellange termijn helpen om Europese pieken en dalen in duurzame opwek beter te verdelen, waardoor de marktprijs stabieler wordt. Dit is een proces van jaren, want elektriciteitsmarkten zijn nog lang niet overal gelijkgeschakeld en de netcapaciteit is beperkt.
8.3 Technologische innovatie
Ten slotte kan technologische vooruitgang zorgen voor nieuwe toepassingen van zonnestroom. Denk aan efficiëntere panelen, goedkopere opslagsystemen en slimmere software. Hierdoor kan het rendabel blijven om zonnepanelen te installeren, zelfs als de vergoeding voor teruglevering laag is. Zelfconsumptie en energiedelen met de buurt worden dan interessanter, zeker als de kosten voor accu-opslag nog verder dalen. Op de lange termijn blijft zonne-energie daarmee een belangrijke pijler van de Europese energietransitie, ondanks de huidige zorgen over terugleverkosten.
9. Praktisch stappenplan voor de toekomst
9.1 Inventariseer je huidig verbruik en productie
Voordat je in paniek raakt over de mogelijke kostenstijgingen, is het verstandig om eerst precies na te gaan hoeveel zonnestroom je op jaarbasis opwekt, en hoeveel daarvan je direct verbruikt. Dit geeft een beeld van de mate waarin je afhankelijk bent van teruglevering. Als je bijvoorbeeld al 60% zelf verbruikt, valt de klap bij lagere vergoedingen voor de resterende 40% iets mee.
9.2 Overweeg een upgrade of vervanging
Wanneer je systeem al wat ouder is, kan het lonen om te kijken naar moderne panelen met een hoger rendement. Ook kan een nieuwe omvormer (eventueel met optimizers) helpen om meer uit je dak te halen. Als je op het punt staat om te investeren in extra panelen, denk dan goed na over de vraag of je die stroom daadwerkelijk zelf gaat gebruiken of opslaan. Groter is niet altijd beter, zeker niet als de meeste stroom gaat terugvloeien naar het net voor een lage prijs.
9.3 Oriënteer je op thuisbatterijen en andere opslagvormen
Zoals genoemd kan een thuisbatterij een oplossing zijn om je zonnestroom meer waarde te geven. Houd echter rekening met de aanschafkosten en het feit dat de regelgeving (bijvoorbeeld rondom terugleverkosten, energiebelasting en vergoeding voor opslagsystemen) nog niet in beton gegoten is. Reken daarom altijd goed door hoe de terugverdientijd uitvalt.
9.4 Check dynamische tarieven en slimme energiecontracten
Het kan verstandig zijn om je te verdiepen in een energiecontract met dynamische tarieven. Dit type contract vereist wel wat ‘know-how’ en vooral de bereidheid om je energieverbruik (en eventueel teruglevering) aan te passen aan de prijs. Er ontstaan platforms en diensten die dit automatiseren, zodat je er niet dagelijks mee bezig hoeft te zijn.
9.5 Volg de politieke en marktontwikkelingen
De discussie over saldering en terugleverkosten is zeker nog niet voorbij. Houd daarom nieuwsberichten en beleidsplannen in de gaten. De situatie kan veranderen, bijvoorbeeld door maatschappelijke druk, nieuwe regelgeving of initiatieven die lokaal of regionaal worden opgezet. Het is een dynamische wereld, dus beslis niet te snel maar blijf alert op kansen.
10. Conclusie en blik op 2027
Hoewel niemand met absolute zekerheid kan stellen dat zonnestroom in 2027 voor alle bezitters volledig waardeloos zal zijn, is de trend duidelijk: de combinatie van afschaffing van de salderingsregeling en oplopende terugleverkosten zal er in veel gevallen voor zorgen dat je voor je overtollige zonnestroom amper nog iets ontvangt. Het getal van 0,25 cent per kWh wordt genoemd als exemplarisch voorbeeld, maar de precieze waarde kan per leverancier verschillen.
Voor mensen die al zonnepanelen hebben, betekent dit een flinke versobering van het financiële voordeel waarop ze rekenden. Ook al blijft het opwekken van eigen stroom duurzaam en kun je nog een deel direct verbruiken, het vroegere voordeel van salderen zal grotendeels verdwijnen. Daardoor stijgt de energierekening mogelijk met wel honderden euro’s per jaar, en voor sommige huishoudens zelfs richting de duizend euro.
Toch hoeft dat niet het einde van zonnestroom te betekenen. De opkomst van slimme technieken, thuisbatterijen en lokale energiecoöperaties biedt kansen om je eigen energieverbruik te optimaliseren en minder afhankelijk te zijn van lage terugleververgoedingen.
Ook kan de politiek nog ingrijpen als de maatschappelijke druk groot wordt. Maar de kernboodschap blijft: wie rekent op hoge opbrengsten uit teruglevering, komt vanaf 2027 vermoedelijk bedrogen uit.
De raad is om je goed te oriënteren, proactief te denken over je eigen verbruik en toekomstige investeringen in opslag of andere slimme oplossingen.
Ook is het slim om energiecontracten niet langer dan noodzakelijk vast te leggen, zodat je kunt inspelen op nieuwe aanbiedingen en ontwikkelingen.
Hopelijk heb je met dit artikel een uitgebreid inzicht gekregen in de wereld van terugleverkosten en de veronderstelde waardedaling van zonnestroom in 2027. Hoewel de toekomst er op dit moment niet heel rooskleurig uitziet voor grootschalige teruglevering, blijft het feit dat zonne-energie een belangrijke rol speelt in de verduurzaming van onze samenleving. Als paneelbezitter is het echter wel zaak om je voor te bereiden op het nieuwe tijdperk, waarin zelfconsumptie en opslagtechnieken de sleutel kunnen zijn tot een rendabele en groene energievoorziening.